donderdag 22 januari 2015

Hoe overleef ik de Trophée des Montagnes?

We hebben 5 keer aan de TDM meegedaan en dat ‘overleven’ en vooral heel blijven is nog steeds doel nr. 1. Dat we ook heel hard ons best doen voor een goede klassering spreekt voor zich. Onderaan staan de links naar de verslagen van onze eerste 2 edities om een beeld te geven van wat je allemaal kunt verwachten. Hier volgt voor degenen die voor het eerst meedoen een lijstje van de belangrijkste dingen die je mee moet nemen en waar je in de Alpen rekening mee moet houden:

Training: veel in de bergen trainen zou het beste advies zijn maar dat is in Nederland niet mogelijk, tenzij je in Limburg woont. Als alternatief kun je de steilste heuvels opzoeken die je kunt vinden en die regelmatig zo snel/vaak op en neer lopen tot je het gevoel krijgt dat je moet wandelen. Dat gevoel heb je in de TDM bijna in elke klim. Als je een loopband tot je beschikking hebt stel je die in op een hellingshoek van minstens 15% en wandel je met een snelheid van 5 of 6 km/u en als je dat redt af en toe een stukje hardlopend in 8 of 9 km/u, dat komt aardig in de buurt. Met je hond zoek je het best een steil en smal paadje op en probeer je bij het omlaag lopen de hond het commando ‘Achter’ aan te leren. In de praktijk zijn veel honden dit echter vergeten of ineens doof zodra ze tijdens een wedstrijd een berg aflopen.

Medische verklaring: voor alle wedstrijden in Frankrijk heb je als buitenlander een medische verklaring van je huisarts nodig. Hierin verklaart deze dat er geen contra-indicatie bestaat tegen hardlopen in competitieverband. Bij de Fransen (en Italianen) is dit al opgenomen in de wedstrijdlicentie die pas wordt verstrekt nadat hun arts een jaarlijks onderzoek heeft gedaan. Er wordt meestal niet naar gevraagd en veel Franse organisatoren geloven dat een CCNL-licentie ook geldig is maar volgens de Franse wetgeving is dat niet het geval. Even langs de huisarts dus met dit formulier: http://canicrossnederland.nl/images/Wedstrijd/AAA/CERTIFICAT-MEDICAL-type.pdf

Schoenen: de parcoursen zijn heel gevarieerd en kunnen alle typen ondergrond bevatten zoals modder, stenen, gras, asfalt, trappen, bruggetjes en stroompjes. Sneeuw hebben we nog niet meegemaakt maar behoort wel tot de mogelijkheden. Omdat het ook nog eens vrijwel altijd steil omhoog of omlaag gaat, hebben je voeten en enkels het zwaar te verduren en zijn goede schoenen erg belangrijk. We hebben het meestal met 1 paar schoenen kunnen redden maar wisselschoenen kunnen erg prettig zijn bij blaren, blauwe nagels of stijve kuiten en achillespezen. Ideaal is 1 schoen met superveel profiel voor gladde modderparcoursen als het geregend heeft, 1 schoen met wat minder profiel en meer demping en steun voor droge rondes met lange afdalingen over harde ondergrond en 1 schoen die wat meer ruimte biedt voor de tenen, voor een brace (zie preventie) of als je voet dik ingezwachteld is vanwege een verzwikking.

Kleding: houd rekening met alle weersomstandigheden die je in de bergen kunt tegenkomen, van heel koud tot heel warm. Wij hebben alles tussen de 4 en de 30 graden meegemaakt zodat je de ene dag in het wedstrijdsingletje loopt te zweten en de andere dag na de wedstrijd met 3 lagen thermokleding en een winterjas nog loopt te rillen. Als het regent is het meteen ook erg koud en soms regent het een paar dagen achter elkaar en zit je op de camping met een snel groeiende berg aan natte kleren die pas weer droog worden als de zon gaat schijnen.

Blessurepreventie: het grootste risico lopen je enkels, niet alleen door wat je tijdens de afdalingen tegenkomt aan boomwortels, losse keien en gaten onder het gras, maar vooral door de vermoeidheid die na een paar dagen wedstrijden optreedt. Je reacties worden minder scherp en je spieren stijver. Als je je hond hebt geleerd netjes achter je te lopen tijdens steile afdalingen, is het risico op een verzwikking al een stuk minder. Een hond die voor je loopt neemt het zicht weg op de obstakels en als hij ook nog trekt komt je voet vaak anders terecht dan je zelf had gepland, soms net op die boomwortel die je ook nog eens te laat zag. Wij lopen eigenlijk alle etappes met ingetapete enkels (behalve de klimetappe) maar er zijn ook veel mensen die voor braces kiezen. Als je nog geen braces hebt, is het verstandig die bijtijds aan te schaffen omdat je mogelijk nieuwe schoenen nodig hebt in een maat groter vanwege de ruimte die de braces innemen. Houd er wel rekening mee dat je braces na een paar wedstrijden voor blaren kunnen zorgen zodat je mogelijk alsnog op tape moet overschakelen.

Wie kiest voor tapen doet er goed aan vast thuis te oefenen of een fysiotherapeut te vragen hoe je op de juiste manier een tape aanlegt (met voldoende bewegingsvrijheid). Met 1 of 2 rolletjes tape red je het niet, 6 rollen gaan er makkelijk in 9 dagen doorheen en wat je overhoudt kun je bewaren voor de volgende keer. Sporttape is ook uitstekend geschikt om (beginnende) blaren te beschermen, beter en goedkoper dan Compeed e.d. De beste tape (volgens ons dan) is Leukotape Classic, plakt goed en is heel sterk. Ik gebruik Strappal-tape omdat ik anders na enige dagen irritatie krijg. Dit is een hypoallergene tape die wat minder sterk is maar prettiger voor je huid.

Hond: tijdens de wedstrijden is het grootste risico voor je hond oververhitting dus moet je er alles aan doen om je hond goed te koelen. Bij de start zijn altijd badjes, emmers, tuinslangen en/of natuurlijk water in de vorm van stroompjes aanwezig. Gebruik deze ook als het nog koud is omdat je in de schaduw start, even later loop je misschien in de volle zon 3 km achter elkaar te klimmen. Sla onderweg nooit een waterpost over, ook niet na een frisse afdaling in de schaduw. Maak je hond goed nat en neem daar de tijd voor maar laat hem niet teveel drinken. Als je een hond hebt die heel slecht tegen warmte kan, overweeg dan een waterrugzak (camelbak) en een spons mee te nemen.
 
Booties  kunnen van pas komen als de poten van je hond slecht tegen scherpe stenen en grind kunnen. We hebben ze nog nooit nodig gehad tijdens de wedstrijden maar ze gaan wel altijd mee. Voor kortharige honden zijn jasjes prettig als ze ’s nachts in de auto of in een tent slapen en de temperatuur naar 4 graden daalt. Ook als het regent zijn jasjes voor en na de wedstrijd voor onze (Spaanse) honden soms nodig.
 
Neem verder voldoende voer mee, goede brokken zijn in de dorpjes niet te krijgen en je moet naar Grenoble rijden voor de dichtstbijzijnde dierenwinkel. Voor honden die (op wedstrijddagen) slecht eten is het verstandig extra lekkere dingen mee te nemen die je door het gewone voer kunt mengen of als tussendoortje kunt geven. Zorg dat je hond geen overgewicht heeft omdat de kans op oververhitting daardoor groter is en het klimmen zwaarder (geldt ook voor de lopers) maar een magere hond die slecht eet loopt weer risico als hij nog meer gewicht verliest.

Piste: in Frankrijk roep je altijd ‘Piste’ als je wilt inhalen. Tijdens de TDM zijn de paadjes vaak zo smal dat het moeilijk (of levensgevaarlijk) is om te passeren. Wacht in zo’n geval tot er een plek komt waar het breed genoeg is om aan de kant te gaan. Andere nuttige Franse kreten: 

 A gauche (links) à droite (rechts), tout droit (rechtdoor), doucement (rustig), attention (pas op) en wat de Fransen tegen hun hond roepen: derrière (achter), devant (voor), au pied (volg). 

Materiaal kopen: ben je iets vergeten of dreigt je heupgordel voortijdig uit elkaar te vallen, dan kun je de eerste dag in Oz terecht bij een kraam van Gens de la Montagne waar je allerlei canicrossmateriaal kunt aanschaffen. Heb je te weinig kleding bij je, zijn je schoenen kapot of mis je iets anders op sportgebied dan kun je in Grenoble bij de Decathlon de meeste dingen vinden.

Hoofdlamp: voor de nachtetappe is een goede hoofdlamp erg belangrijk. De meeste Nederlanders die naar de TDM gaan hebben er al een omdat ze die voor de nachtwedstrijd in IJmuiden hebben aangeschaft. In IJmuiden kun je echter nog wel veilig lopen met een klein lampje van minder dan 100 lumen, in de bergen is dat niet verstandig. Voor degenen die snel en veilig willen afdalen is een lamp van 500 lumen of meer een goede keuze. Zo’n lamp heeft een groter energieverbruik en dus een grotere en zwaardere batterij die je liefst niet op je hoofd draagt maar op je arm/schouder of op je rug. Kijk naar een lamp met een losse oplaadbare accu of batterij, veel lumen en verschillende standen (zuinig, normaal en max). Dit type lamp kost bij de betere merken een paar honderd euro maar voor 40 euro heb je al een Chinees exemplaar met 1000 lumen. Onze lampen uit Hong Kong gaan al 5 jaar probleemloos mee. Zorg dat je nooit met de maximale lichtbundel in de ogen van je hond, een andere deelnemer of een vrijwilliger schijnt.

Start: de eerste start is meteen de heftigste die je op canicrossgebied kunt meemaken: 250-300 hysterisch blaffende honden op een skipiste, verdeeld over 6 (?) startgroepen die om de minuut van start gaan. Als jij of je hond nog nooit een groepsstart hebben meegemaakt, is het verstandig niet op de eerste rij te gaan staan maar de ruimte daarachter op te zoeken. Dan kun je rustig op gang komen zonder aanvaringen met om zich heen springende honden. Na 200 meter klimmen zijn de meeste honden een stuk rustiger en kun je de snellere starters gaan inhalen (als je daar de energie voor hebt). Het startvak betreed je via een poortje waar iemand staat die je naam op de startlijst afvinkt, klim dus niet ergens over het lint.

Op dag 2 wordt de startvolgorde bepaald op basis van de tijden van dag 1, de snelste vertrekt eerst met een tijdritstart om de 30 seconden. Door het grote aantal deelnemers zal er waarschijnlijk worden gekozen voor duo- of trio-starts waarbij de eerste 2 of 3 tegelijk vertrekken en 30 seconden later de volgende 2 of 3. Dit systeem werkt goed mits je wat rekening met elkaar houdt en soms even informeert wie graag voorop wil of juist niet. Dat voorkomt dat de honden zich vooral op elkaar richten. In de loop van de week wordt meestal 1 of 2 keer de startvolgorde omgedraaid zodat de langzaamste teams eerst vertrekken. Dit wordt soms vooraf aangekondigd maar komt ook wel eens als een last minute verrassing.

Prijzen/prijsuitreiking: als je bij de eerste 3 in je categorie eindigt moet je naar de prijsuitreiking die na de laatste wedstrijd in elk dorp wordt gehouden. Voor Oz is dit bijvoorbeeld na de kinderraces op de 2e dag. Dit betekent wel dat je ’s morgens na je eigen wedstrijd niet direct terug kunt naar de camping maar moet wachten of een extra keer op en neer moet rijden. Er staat/stond zelfs een tijdstraf op het niet verschijnen tijdens de prijsuitreiking maar of die ooit is toegepast betwijfelen we. Het komt elk jaar voor dat de podiums deels onbezet zijn omdat deelnemers ervoor kiezen lekker te gaan douchen op de camping of alvast naar het volgende dorp rijden om de beste stake-out plaatsen te bemachtigen. Uit respect voor de mensen die zich voor de wedstrijden inzetten en je concurrenten is het belangrijk om de prijsuitreiking niet te missen. De prijzen stellen meestal weinig voor, soms een beker of medaille maar meestal een petje, T-shirt of notitieblokje. Ze worden wel vaak uitgereikt door de burgemeester en het is natuurlijk wel zo leuk als er behalve de prijswinnaars ook nog wat supporters aanwezig zijn.

De prijsuitreiking aan het eind van de TDM is altijd een zware bevalling die uren duurt. Eerst worden de dagprijzen uitgereikt, vervolgens worden alle vrijwilligers in het zonnetje gezet, daarna worden alle podiums van het eindklassement beloond en ten slotte is er nog een grote verloting op basis van je startnummer. Het wordt uiteraard op prijs gesteld als hierbij zoveel mogelijk mensen aanwezig zijn maar voor 250 man is in de zaal waar dit tot nu toe plaatsvond geen plaats.

Spierpijn/herstel: wij nemen meestal een voorraad eiwitrepen mee om het herstel van de opgelopen spierschade (door het afdalen) na de wedstrijden zo snel mogelijk te stimuleren. Energierepen zijn ook handig als je na de wedstrijd snel iets wilt eten. Verder dragen we compressiekousen of –tubes en heb ik graag een compressietight aan. En pot Arnicagel gaat ook altijd mee en een flink aantal flessen cranberrysap voor de weerstand tegen infecties. Veel drinken is belangrijk, water en af en toe sportdrank om de mineralen op peil te houden als je veel zweet. 

Camping Allemont: alle Nederlanders zijn tot nu toe neergestreken op Camping Le Plan in Allemont, een hondvriendelijke camping met ruime plaatsen en een goede ligging. Er zijn mooie uitlaatrondes in de buurt te maken, het zwembad is vlak naast de camping en er zijn gratis tennisbanen zodat ook de niet-canicrossers zich kunnen vermaken. De mevrouw die de camping al jaren runt heeft wel te maken met de (vaste) campinggasten die minder blij zijn met de aanwezigheid van al die honden. Vorig jaar was ze nogal kwaad over een grote hoop voor 1 van de huurtenten. Wij hadden onze camper nog niet geparkeerd of ze kwam naar ons toe om die hoop te laten zien en ons te  vragen of wij alle Nederlanders wilden vragen geen honden los te laten. Heel belangrijk als we daar in de toekomst nog welkom willen zijn: voorkom overlast en laat de honden niet poepen/plassen op het terrein en zo min mogelijk blaffen. Uiteraard is het opruimen van alles ook buiten de camping van belang. Er zijn overigens meer campings in Allemont waar canicrossers welkom zijn.

Stake-out: je kunt er ook voor kiezen om tijdens de TDM gebruik te maken van de gratis stake-out mogelijkheden in de verschillende dorpen waar de wedstrijden plaatsvinden. Veel mensen met een camper reizen van het ene naar het andere dorp met het TDM-circus mee en als je op tijd bent kun je meestal nog wel een goede plek met elektriciteit vinden. Dit jaar wordt het weer drukker dus zullen de goede plekken eerder weg zijn en moeten meer mensen genoegen nemen met een eenvoudiger plek. Wij hebben voor de laatste etappes in Auris een aggregaat bij ons zodat we niet afhankelijk zijn van stroom en we de koelkast en ons espressoapparaat altijd kunnen gebruiken.

Assistentie: wat enorm helpt is het gezelschap van niet-canicrossers die kunnen helpen met allerlei dingen zoals kleding aannemen, boodschappen doen, koken, startlijsten bekijken, wasjes doen, pizza’s halen en alle andere dingen waar je zelf na 5 dagen wedstrijden niet meer de puf of de benen voor hebt. Wij lopen alle drie en weten hier alles van dus als je nog een plek in de auto hebt (die van ons is helaas vol) vraag dan een vriend/familielid om als supporter mee te gaan. Met lokkertjes als: "het is er zo leuk, altijd mooi weer, je kunt er prachtig wandelen en de Alpe d’Huez opfietsen" moet er wel iemand intrappen en heb je een assistent/groom/caddy zodat je zelf lekker kunt herstellen…

Verslagen:
TDM 2010
TDM 2011


Filmpjes van vorig jaar:
http://vimeo.com/103941727 (vooral tot het eind kijken)
http://vimeo.com/103916713 (laatste etappe met drone gefilmd)
https://www.youtube.com/watch?v=E7M_-JNVPjg&feature=youtu.be (wat er gebeurt als je ‘doucement’ en à gauche niet begrijpt en je hond niet achter loopt)




Canicross: wat is de beste heupgordel?



Tijdens de 9 jaar die we inmiddels al canicrossen hebben we een groot aantal verschillende heupgordels uitgeprobeerd en voor degenen die nog op zoek zijn naar het meest geschikte model volgt hier een overzicht.

Gordels zonder beenbandjes

Op deze foto uit onze beginperiode zie je de meest eenvoudige gordel, zonder beenbandjes. Dit type gordel wordt door verschillende merken geleverd, is goedkoop en vaak bij gewone dierenwinkels te koop als hulpmiddel om hands free te wandelen. Het grootste nadeel is dat de gordel in de onderrug trekt en dat kan bij een flink trekkende hond erg onprettig zijn en rugklachten veroorzaken. Op de foto is goed te zien dat dit meer een ruggordel is dan een heupgordel. Eigenlijk is deze gordel alleen geschikt voor mensen die een hond hebben die niet of nauwelijks trekt, mensen die een heel sterke rug hebben of dames die in een hardlooprokje willen canicrossen.

Gordels met beenbandjes:
Multifunction belt - Skijor belts and Musher belts

Zero DC
Zero DC Multi Function Belt: de hierboven afgebeelde gordel is eigenlijk meer bedoeld voor trektochten met je hond. Door middel van de beenbandjes blijft hij goed laag op de heupen/billen en voel je de trekkracht dus op de juiste plaats, alleen wel via een vrij smalle band wat bij een sterke hond niet erg comfortabel aanvoelt. De band lijkt redelijk breed maar in het brede gedeelte loopt een smalle band waaraan getrokken wordt. Sommige mensen hebben bij dit type last van het afzakken van de gordel tijdens het lopen. Het zakje is prettig voor sleutels en er past makkelijk een telefoon in. De overige dingen waarmee de gordel wordt geleverd zijn meer bedoeld voor wandeltochten en bewegen bij het canicrossen teveel op en neer zodat je ze er al snel afhaalt. Deze gordel is een aanrader voor mensen die een niet te sterke hond hebben en een betaalbare gordel zoeken die ook handig is bij wandeltochten. Ik vind het een fijne gordel voor trainingen waarbij de hond veel stukken losloopt maar heb hem ook gebruikt voor nachtwedstrijden omdat de accu van mijn hoofdlamp mooi in het zakje past.

Onderstaande canicrossgordel van Zero DC heeft een bredere band en is verder vergelijkbaar met de Multifunction Belt alleen in dit geval zonder zakje. Ik heb deze gordel niet getest dus kan alleen aannemen dat hij goed functioneert.



















Manmat
De gordel van Manmat die hieronder te zien is, verdeelt de krachten goed over je billen mits deze optimaal is afgesteld. Nadeel is dat de bandjes soms wat slijtage aan kleding veroorzaken en dat de bandjes via het kruis lopen waardoor (vooral bij mannen) het een en ander in de verdrukking kan komen als de bandjes iets te strak staan. Verder is de gordel goedkoop en sterk.















Gordels met een netje/broekje















Dit type gordel is verkrijgbaar van 3 verschillende merken: Gens de la montagne (op de foto's hierboven), Non Stop en Zero DC. Wij hebben de versie van Gens de la montagne, een Frans merk dat helaas in Nederland niet verkrijgbaar is. Bestellen via internet heeft als nadeel dat er niet gepast kan worden en dan is de keuze tussen maat S, M en L soms lastig. Onze ervaring is dat maat S alleen voor kinderen en heel tengere loopsters geschikt is en maat L voor de echte grote maten. Iedereen die daar tussen valt, kan het best een M bestellen. Wie wil passen, kan naar een wedstrijd in Belgie gaan (bij de BCF) waar meestal wel een aantal gordels te koop zijn.

Als de krachten goed verdeeld worden over de heupen en billen zit een netje erg prettig, maar daarvoor moeten de riempjes goed zijn afgesteld. Dat laatste is niet vanzelfsprekend omdat de krachten door de meeste gordels standaard hoog worden overgebracht en dus de onderrug belasten. In de normale positie komt de meeste trek bovenin en dus op je onderrug. De gordel kan worden bijgesteld door de bovenste riempjes een aantal keren door de beenbandjes te lussen.

Het model van Non Stop heeft een haak aan de buikzijde waar de riem aan moet worden bevestigd. Dit vind ik geen prettig systeem, de lijn kan niet meebewegen in bochten waardoor je als het ware aan je heupen de bocht in wordt getrokken. Daarnaast kan de lijn van de haak afschieten (bijvoorbeeld bij een val) waardoor je hond losraakt. Een ring die heen en weer kan meebewegen vind ik veel prettiger als bevestiging voor de lijn en als een paniekhaak verplicht is (bij sledehondenwedstrijden) kun je die altijd zelf monteren.

Het netje van Zero DC is vergelijkbaar met dat van Gens de la Montagne maar de nieuwste versie is hierop een verbetering. Deze is makkelijker af te stellen zodat je niet (of minder) hoeft te klussen en experimenteren om de juiste krachtverdeling te krijgen.
SPEEDY canicross belt - Skijor belts and Musher belts
Dit netje is verkrijgbaar in de maten S tot en met XL en bij verschillende winkels (webshops) in Nederland te koop.


Gordels met beenbandjes en extra buikband

Non Stop Running Belt



http://www.innerwolf.co.uk/media/catalog/product/cache/1/image/8b0c80d8bcca0845d54e56e0b09089e5/n/o/non_stop_running_belt.jpg














Deze gordel van Non Stop draagt erg prettig, de trekkracht komt mooi laag en hij is makkelijk in te stellen voor verschillende maten. Er is ook een versie voor kinderen/junioren maar bijna elke volwassene kan deze gordel gebruiken. Bij mij zouden de beenbandjes iets strakker mogen en voor mensen met dunne benen is het juniorenmodel misschien beter geschikt. De gordel draagt prima en veroorzaakt geen slijtage aan kleding (dure compressietights zijn nogal kwetsbaar). Van anderen hoor ik wel dat ze wat moeten wennen aan de lage trek of toch moeite hebben met het vinden van de juiste afstelling. Misschien is deze gordel dus niet voor iedereen ideaal, maar voor mij is hij bijna perfect. Enige nadeel is de wat hoge prijs en het zakje had wat groter gemogen. Met een sleutel, een duinkaart of ID-kaart en een poepzakje zit het al vol en een telefoon krijg je er moeilijk bij.
 
CaniX: dit is een model dat door een Italiaanse canicrosser wordt gemaakt. Het bijzondere is dat het elastiek al zit verwerkt in de heupgordel zodat je ook met een gewone lijn kunt canicrossen (als de wedstrijdleiding daar toestemming voor geeft). Nadeel is dat het elastiek vrij zwaar is en op en neer beweegt als je hond niet voldoende trekt. In de bochten worden je heupen ook bij deze gordel meegetrokken omdat de bevestiging op een vast punt in het midden zit, niet prettig. Laatste minpuntje is het 'inlegkruisje' dat tussen je benen zit om je kruis te beschermen, goed bedoeld maar bij een systeem zoals dat van de Non Stop gordel heb je dat allemaal niet nodig.
















Persoonlijke favorieten:
1 de Non Stop Running Belt
2 het netje van Gens de la Montagne, netjes staan wat minder mooi (luierbroekje effect) en mogelijke slijtage aan kleding. Netje van Zero DC heb ik niet getest maar waarschijnlijk een goed alternatief
3 de Zero DC Multi Function Belt (zonder alle frutsels)

Foto van een wat mij betreft minder geschikt type gordel waar de trek vrij hoog komt en je onderrug dus meer belast wordt. De lijn zit bovendien aan een vast punt bevestigd zodat je heupen mee worden getrokken in de bochten: